Als het gebit van een hond niet meer intact is, kunnen er ernstige vervolgproblemen ontstaan. Het ingenomen voedsel kan niet goed worden gekauwd, waardoor het lichaam onvoldoende voedingsstoffen kan opnemen. Daarnaast kunnen te grote brokken voedsel leiden tot maag-darmklachten. In het ergste geval kunnen onopgemerkte gebitsproblemen leiden tot tandfalen of gevaarlijke infecties.

Let daarom op visuele tekenen van ongezonde tanden, b.v. B. verkleuring van het tandvlees, bloedend tandvlees, onnatuurlijke speekselproductie of gelige of bruinachtige afzettingen op de tanden. Een slechte ademgeur of een veranderd eetgedrag of verlies van eetlust kunnen ook worden veroorzaakt door gebitsproblemen.

Veel honden hebben last van tandsteen, tandvleesontsteking of parodontitis (aantasting van het tandvlees). De basis van deze drie meest voorkomende tandziekten is tandplak. Afzettingen vormen zich op de tanden door een combinatie van speeksel, voedselresten en bacteriën die in de mond aanwezig zijn.

Plaque kan zich bijzonder goed vormen en vestigen op het tandvlees, op ruwe tandoppervlakken of in nauwe ruimtes tussen de tanden.